1. Meditatie: Mens zijn is een hard beroep
De schrijver van een Wijsheidsboek noemt zich “Kohelet” (van het Hebreeuwse qahal = vergadering, in ’t Grieks: ecclèsia, vandaar Ecclesiastes). Sinds Luther noemen we dit boek Prediker. Hij vereenzelvigt zich met koning Salomo (1, 1.16). Sinds Salomo hadden de wijsheidsleraren een vaste plaats in Israël en ze beriepen zich hierbij op koning Salomo. Hij was het immers die de oudsten, de stamhoofden en het volk van Israël samenbracht in een feestelijke liturgie en daarvan de leiding nam (1 Koningen, 8, 1-2).
Prediker is ook een van de vijf ‘feestrollen’ (Hebreeuws: megillot, samen met het Hooglied, Ruth, Klaagliederen en Esther) voor de joodse feesten. Prediker wordt gelezen op het Loofhutten- of Tabernakelfeest (Hebreeuws: Soekot) in de herfst. Hierbij wordt herdacht dat het joodse volk gedurende veertig jaar in tenten verbleef in de Sinaïwoestijn.
Dit boek is een verzameling van scherpe, kritische en poëtische monologen, mogelijk het meest “on-Bijbelse” geschrift. Prediker gelooft vast in de God- Schepper en zijn ondoorgrondelijke raadsbesluiten, maar heeft geen band met de God van het verbond. Jezus Christus heeft het verbond van God met de mensen hersteld en de eenheid tussen God en Mens ten diepste doorleefd. Dank zij Hem kunnen we terug in eenheid leven met God. Daarom lezen we het O.T. ook in het licht van het N.T. Welnu, dit streven naar eenheid met God is in Prediker afwezig.
Het kan ons verwonderen dat dit boek in de Bijbel werd opgenomen. Toch werd deze opname nooit ernstig betwist, noch door de joden, noch door de christenen. In de liturgie van de Eucharistievieringen heeft het echter maar een kleine plaats gekregen: enkele verzen op de 18e zondag door het jaar, cyclus C en in de 25e week van het jaar, de even jaren, donderdag, vrijdag en zaterdag.
Vrij algemeen wordt aangenomen dat Prediker een van de jongste boeken is van het Oude Testament en geschreven werd rond het jaar 200 voor Christus. De Pentateuch, de profeten en de psalmen hadden hun definitieve vorm al gekregen en de priesters hadden het leven van het volk netjes georganiseerd rond de tempel en de wet. In deze tijd krijgen de wijsheidsleraars en filosofen een groot gezag. Prediker spreekt hier als een wijze tot “mijn zoon” (12, 12) en reageert mogelijk tegen een sterk gevestigde orde.
Meteen worden toon en inhoud van het boek aangegeven: “Ijl en ijdel, zegt Prediker, ijl en ijdel, alles is ijdel. Wat heeft de mens aan al zijn zwoegen en tobben onder de zon?” (1,2). Het Hebreeuwse woord voor ijdelheid (Haveel havaliem) komt in dit korte geschrift 35 voor en betekent: leegte, niets, wind, zinloos, absurd. “Onder de zon” komt hier 28 keer voor en doelt op het aardse menselijke leven.
Prediker verwerpt krachtig goedkope antwoorden en mooie verklaringen. Eerder had Job al geprotesteerd tegen de mooie uitleg over het lijden: als je slecht leeft krijg je ellende, als je goed leeft, heb je de wind in de rug! Het protest van Prediker is serener, maar ook ruimer en in zekere zin radicaler, soms zelfs cynisch: “Het gaat de goeden net als de zondaars” (9, 2). We willen hier zelf bijvoegen dat het geen zin heeft te klagen dat de goeden het slecht hebben en de slechten goed leven krijgen. Immers, dit is alleen maar een probleem zolang we onszelf bij de goeden blijven rekenen!
Vooral wil Prediker inzicht krijgen in de diepste zin van het leven, in Gods werk, in de samenhang tussen heden, verleden en toekomst. Het woord “kennen” (Hebreeuws: jada) wordt 35 maal gebruikt. Uiteindelijk besluit hij dat het voor de mens allemaal even ondoorgrondelijk blijft.
Alles wat God doet is goed op zijn tijd en de mens heeft daarvan een zeker besef “maar toch blijft Gods werk voor hem van het begin tot het einde ondoorgrondelijk” (3, 11). Het is ‘n “vermoeiend verhaal” (1, 8). De mens kan zoveel moeite doen als hij wil: “Hoe hij zich ook inspant, tot inzicht komt hij niet” ( 8, 17). “Evenmin als je weet hoe in de moederschoot het leven ontstaat, evenmin weet je iets van het werken van God, de maker van alles” (11, 5). “Niemand weet immers wat goed is voor de mens in dit ijdel en kortstondig bestaan dat als een schaduw voorbijgaat” (6, 12). “Tenslotte heb ik alleen dit gevonden: naar Gods bedoeling is het leven eenvoudig, maar de mens haalt zich van alles in ’t hoofd” (7, 29).
Een literaire structuur of een logische opbouw in dit boekje aanwijzen is erg moeilijk. Wij willen het eerder lezen vanuit bepaalde kerngedachten. In deze beschouwing toonden we dat Prediker tot inzicht wil komen in Gods werk en beseft dat het allemaal ondoorgrondelijk blijft. Verder verwerpt hij de schone schijn van mooie woorden en verklaringen. We willen nog vanuit twee andere kerngedachten zijn meningen brengen. Hij houdt het bij de moraal van de dagelijkse levenservaring, namelijk de levensschool van wat hij zelf waarneemt, ondervindt, vaststelt en ziet (Hebreeuws: ra’ah, 46 maal gebruikt!). Vervolgens is er de confrontatie met de dood: de dood is het einde van het leven en niemand ontkomt hieraan. (Wordt vervolgd)
2. Enkele foto’s
Kathedraal van Yabroed (Tussen Homs en Damascus), voormalige Romeinse tempel van Jupiter
Zondagnamiddag uitstap
Grondwerken
Koepel van de kapel
3. Bijbellezing: Over het doopsel (IX)
De drie-Eenheid woont in de gedoopte
"Was je, reinig je, ... Stop met kwaad doen. Leer goed te doen, zoek gerechtigheid, ... Als uw zonden als scharlaken zijn, zullen ze wit worden als sneeuw; als ze rood zijn als purper, zullen ze worden als wol" (Jesaja 1, 16-18).
Zevenhonderd jaar voor Christus profeteerde Jesaja deze woorden over het geschenk van de doop, waarin de Heer zelf onze zonden weg zal wassen en ons witter zal maken dan sneeuw. Laten we het grote mysterie van de doop opnieuw inkijken door deze week te luisteren naar Moeder Agnès Mariam van het Kruis die in 2018 deze meditatie over de doop gaf:
Wanneer we gedoopt worden (eerste sacrament) en het Heilig Chrisma ontvangen (tweede sacrament) worden we onmiddellijk verzegeld door de Heilige Geest om een nieuw schepsel te worden. Bovendien zegt de Heer: "Als iemand mij liefheeft, zal hij mijn woord bewaren, en mijn Vader zal hem liefhebben; en wij zullen tot hem komen en bij hem onze woning maken". (Johannes 14, 23).
Sinds ons doopsel wonen de Vader, de Zoon en de Heilige Geest in ons. Tijdens het doopsel ondergaat de gedoopte een ontologische verandering. Hij wordt een nieuw schepsel. Jezus zei tegen Nicodemus: "Tenzij je opnieuw geboren wordt, kun je het Koninkrijk van God niet zien" (Johannes 3, 3). Nicodemus antwoordde Hem: "Hoe kan een mens geboren worden als hij oud is? Kan hij terugkeren naar de moederschoot en opnieuw geboren worden? (Johannes 3, 4). Jezus vervolgde: "Waarlijk, waarlijk, Ik zeg u, tenzij iemand geboren wordt uit water en Geest, kan hij het Koninkrijk Gods niet binnengaan" (Johannes 3, 5). Deze woorden zijn onvergankelijk, ze zijn waar, ze kunnen niet veranderen!
Vandaag beweert men gemakkelijk dat iedereen het Koninkrijk van God kan binnengaan, Dat is niet waar. Hij zei: "Tenzij iemand geboren wordt uit water en Geest, kan hij het Koninkrijk van God niet binnengaan" (Johannes 3, 5). Jezus zegt verder: "Wat uit het vlees geboren wordt, is vlees, en wat uit de Geest geboren wordt, is Geest" (Johannes 3, 6). Dit is het verschil tussen de oude mens die we waren (de mens geboren uit het vlees) en de nieuwe mens die we zijn door pure genade (de mens geboren uit de Geest).
Vandaag woonde ik de doop bij van een meisje van drie maanden dat ik heel goed ken. Voor de doop huilde dit kleine meisje onophoudelijk, altijd bezorgd. Maar meteen na de doop genoot ze van een vrede die niemand ooit eerder in haar had gezien. Ze huilde niet tijdens de hele ritus, ook al wordt het kind in de Byzantijnse ritus op een heel robuuste manier ondergedompeld in het water. Ze had moeten huilen. Maar in plaats van tranen keek ze me na de doop aan en viel ze vredig in mijn armen in slaap. Het was niet zomaar een slaap, ik denk dat ze gezalfd was door de Heilige Geest. Ik kon echt voelen hoe de glorie van God nu in dit kleine meisje rustte. Net als de vader van Origenes aanbad ik de aanwezigheid van de Drie-eenheid in haar.
Onderzoek jezelf, weet dat de Drie-eenheid in jou leeft. De engelen knielen als ze voor je langsgaan. Hier is de vraag: is ons dagelijks leven in overeenstemming met de grote gave van het doopsel? Zijn we ons bewust van de wonderen die het doopsel in ons heeft teweeggebracht?
Totale reiniging
De doop begint met een totale reiniging. Moslims wassen zich minstens 5 keer per dag. Zonder te wassen geloven ze dat ze God niet kunnen behagen. Het gaat niet om lichamelijke reinheid; ze zoeken reinheid van de ziel. De Joden doen hetzelfde en in alle religies zijn er wasrituelen. Fysiek water kan de onzuiverheid van de ziel echter niet wegwassen. Christenen worden volledig gewassen in de doop: alle vlekken van de erfzonde en alle zonden worden verwijderd. "U bent gewassen, u bent geheiligd, u bent gerechtvaardigd in de naam van de Heer Jezus Christus en door de Geest van onze God" (1 Korinthiërs 6,11).
Alleen God kan zulke vlekken wegwassen. Petrus waarschuwt ons: u bent gereinigd, keer niet terug naar uw braaksel (1). We zijn gereinigd, en tegen welke prijs! We mogen ons geweten niet opnieuw bevuilen! Of ik nu een leugentje vertel, steel, bedrieg, de werkelijkheid verander, jaloers word, oordeel, laster, wraak neem... Dit alles verontreinigt de ziel. Wie niet kan vergeven, bezoedelt zijn ziel. Als we gered zijn, is dat niet zodat we onszelf weer kunnen overgeven aan de vijand; soms is dat wat we doen.
De doop redt ons
De doop redt ons van de eeuwige ondergang door het vergoten bloed van Christus, het Lam van God dat de zonden van de wereld draagt. Vandaag de dag willen we niet geloven dat er een eeuwige ondergang is. De euwige ondergang betekent voor eens en voor altijd "nee" zeggen tegen God. We zijn gered van ons "nee" door het "ja" van de Heer en we zijn gered van de schuld die we hadden bij de vijand. Welke schuld? Denk aan Mozes, God sprak met hem van mond tot mond. Toen hij stierf, kwam Satan hem opeisen en zei: "Dit lichaam is van mij" (2). We realiseren ons niet dat er een hiërarchie bestaat. In de geestelijke oorlogsvoering hebben de hemelse machten macht en recht over ons.
In het boek Openbaring lezen we over een grote strijd in de hemel: “En er was oorlog in de hemel. Michaël en zijn engelen vochten tegen de draak. En de draak en zijn engelen vochten” (Openbaring 12, 7). We bevinden ons in deze strijd, we nemen eraan deel; afhankelijk van hoe we ons ontwikkelen, kunnen we ervoor zorgen dat de engelen of de demonen winnen. Dit zijn de trofeeën van de oorlog. De Heer heeft ons door het doopsel van deze ellende verlost. De gedoopte is verzegeld, hij staat aan de kant van de engelen, hij is niet langer onder de invloed van Satan. Hoe vreselijk is het om, na verlost te zijn uit Satans’ greep, terug te keren en onszelf misschien nog wel meer onder zijn invloed te vinden dan voorheen.
De brief aan de Hebreeën waarschuwt ons: " Want het is onmogelijk om hen die eens verlicht zijn geweest, die de hemelse gave geproefd hebben en deelgenoot zijn geworden van de Heilige Geest, en die het goede Woord van God geproefd hebben en de krachten van de komende wereld, en die daarna afvallig worden, weer opnieuw tot bekering te brengen, omdat zij voor zichzelf de Zoon van God opnieuw kruisigen en openlijk te schande maken." (Hebreeën 6, 4-6).
Laten we dus onze doopgeloften vernieuwen en Satan afwijzen. Als je wilt, vernieuw dan nu je doopgeloften door de volgende woorden hardop te zeggen:
“Ik vernieuw de beloften van mijn doopsel en doe afstand van Satan, zijn werken, al zijn leugens en listen. Ik verenig mij met Jezus Christus als mijn Heer, mijn God en mijn Verlosser en ik geloof in de Vader, de Zoon en de Heilige Geest, één God. Ik geloof ook in de leer van de ene, heilige, katholieke en apostolische Kerk en ik bid Jezus Christus, onze Heer, om de genade van de Heilige Geest, ontvangen op de dag van mijn vormsel, in mij te vernieuwen. Moge die mij sterken, verlichten en leiden in de geestelijke oorlogvoering. Amen”
“Want het was beter voor hen dat zij de weg der gerechtigheid niet hadden gekend, dan dat zij die gekend hadden en zich vervolgens hadden afgewend van het heilige gebod dat hun gegeven was. Het overkwam hen zoals een waar spreekwoord zegt: De hond keert terug naar wat hij heeft uitgebraakt, en de zeug, die gewassen is, wentelt zich in het slijk” (2 Petrus 2, 21-22).
Toen Michaël, de aartsengel, met de duivel over het lichaam van Mozes redetwistte, durfde hij geen beledigend oordeel over hem uit te spreken, maar zei: "De Heer berispt je! (Judas 1, 9)
P. Jean
4. Nieuws uit de gemeenschap
We namen deel aan een gebedsdienst met 12 priesters voor een overleden familielid van de bisschop in de kathedraal van Yabroed, residentie van de bisschop. In de byzantijnse liturgie is dit een aparte dienst, nooit samen met een Eucharistie. Foto’s nemen tijdens de dienst wordt daar kwalijk genomen. Je ziet dat deze kerk oorspronkelijk een Romeinse heidense tempel was.
Twee Franse jongeren van S.O.S. Chrétiens d’Orient komen vijf dagen met ons meeleven.
Zondag vierden we in de byzantijnse liturgie de Vaders van de zes eerste oecumenische concilies (Nicea 325, Constantinopel 381, Efeze 431, Chalcedon 451, Constantinopel II 553, Constantinopel III 680-1). Het is een viering van eenheid en trouw.
De kerk van Rable (nabij Homs), het klooster en heiligdom van de profeet Elia, aan de Libanese grens bestaat 100 jaar en dat werd gevierd met patriarch, bisschop en priesters.
5. Uit Kerk en wereld
Ons vorig bericht weer goed toegelicht door 7 video’s: 1. Het zweten van bloed, 2. Door Jezus in de Hof van Olijven, 3. Prof. Timothy Devos, 4. Nuchtere maar mooie voorstelling van palliatieve zorgen, 5. + 6. Viktor Frankl (eerste kan ik niet openen), 7. Over excommunicatie van Viganò en dubbele standaard: https://www.golfbrekers.be/een-verslag-uit-syrie-zonder-poco-bril-342/
Nieuwsbrief verontruste ouders, juni 2024: Bescherm-onze-kinderen,
Thema: De minimumdoelen relationele en seksuele opvoeding in het secundair onderwijs, Een kritische noot in het Nederlands regeerakkoord, Professionals aan het woord: https://www.bescherm-onze-kinderen.be/nieuwsbrief-1/nieuwsbrief-juni-2024
Enkele reacties op de moordpoging op Trump die onze media niet zullen geven: https://www.golfbrekers.be/beslist-een-schampschot-over-het-toekomstige-vsa-presidentschap/
Van westerse politici/marionetten wordt verwacht dat zij de wapenindustrie steunen en de oorlog in Oekraïne tegen Rusland blijven opvoeren. Viktor Orban, eerste minister van Hongarije, is echter een staatsman, die zich inzet voor zijn volk en ijvert voor vrede. Daarom moet hij vanuit het westen op alle mogelijke manieren worden geboycot, ook door po(litiek) co(recte) journalisten. Orban geeft hen echter de wind van voren: https://www.golfbrekers.be/orban-hoeft-geen-lessen-te-leren-van-een-duitse-journalist/
Voor paus Franciscus en zijn nauwe vriend kardinaal Victor Fernandez, hoofd van het dicasterie van het geloof is de genderideologie een van de verschrikkelijkste gevaren van onze tijd, aldus het nieuwe Vaticaanse document Dignitas infinita: “Iedere tussenkomst om de seksualiteit te veranderen, als regel, dreigt de unieke waardigheid die de persoon vanaf zijn ontvangenis ontving, aan te tasten”. In de VS wil de Bidenadministratie de mensen het recht geven om zelf hun seksualiteit te bepalen. Dit gaat in tegen de natuurlijke moraal en de katholieke leer. St.-Thomas van Aquino leert dat een onrechtvaardige wet helemaal geen wet is. Indien we toelaten dat de staat dit mag bepalen zal diezelfde staat ook de godsdienstvrijheid ontnemen. Op dit punt kunnen we het helemaal eens zijn met het hoogste kerkelijk beleid: https://www.wordonfire.org/articles/title-ix-vs-pope-francis/
Alleen waar Christus Koning mag zijn en regeren, kan wanorde en decadentie vermeden worden. Op 15 maart 1856 vroeg Mgr Pie, de bisschop van Poitiers, aan Napoleon III dat het koningschap van Christus het bestuur van de regering zou mogen bezielen. Op de opwerping dat de tijd hiertoe nog niet gekomen is, antwoordde hij dat dan de tijd voor de regering om te besturen ook nog niet gekomen is: https://lesalonbeige.fr/partout-ou-jesus-christ-nexerce-pas-ce-regne-il-y-a-desordre-et-decadence/
De Italiaanse priester Andrea Mancinella (° Rome, 1956, + 29 februari 2024) schreef vorig jaar een boek dat in Italië veel ophef maakte en inmiddels in het Frans werd vertaald: Coup d’Etat dans l’Eglise, Editions Medias Culture et Patrimoine. Aartsbisschop Carlo Maria Viganò schreef een voorwoord en de bekende Italiaans journalist en Vaticaan-kenner een nawoord. Hij blijkt de huidige toestand van de Kerk en het christelijk geloof te zien als een lange en zorgvuldig voorbereide revolutie en een satanisch complot, waarbij het de vrijmetselarij gelukt is eerst de christelijke naties te verwoesten en daarna de Kerk zelf, als een soort triomf van de “Diepe Kerk”. Zo is de Kerk onder de huidige paus Franciscus verworden tot een soort neo-protestantse, parlementaire republiek, ’n gay-vriendelijke humanitaire NGO, een oecumenische, universele broeder- en zusterschap met een modernistische theologie en een gedemocratiseerd bestuur. Hierbij worden de christelijke waarheden gerelativeerd en het goddelijk gezag ontkent. Schrijver hecht veel waarde aan de strijd van Mgr Lefebvre tijdens het Tweede Vaticaans Concilie. - Wegens de zware sancties van de westerse “vrienden van Syrië” kan ik helaas dit boek niet toegestuurd krijgen. Toch hoop ik, na niet te lange tijd op een of andere manier dit boek aandachtig te kunnen lezen. Graag zal ik dan over deze brandende actualiteit uitgebreid, genuanceerd en verantwoord trachten te rapporteren: https://www.breizh-info.com/2024/07/14/235322/coup-etat-eglise-dieu/
hi pere, ur writings inspires me keep up the good work